Sanneke van Hassel schreef zes verhalenbundels en twee romans. Haar werk wordt geprezen om de heldere toon en het raffinement. Het is bekroond met de BNG Nieuwe Literatuurprijs en de Anna Blamanprijs. 'een topauteur van korte verhalen waarin niemand zijn bestaan zeker is.’ de Volkskrant
Sanneke van Hassel (Rotterdam, 1971) studeerde Theaterwetenschap en Cultuurgeschiedenis aan de Universiteit Utrecht. Vervolgens werkte ze voor toneelgezelschap 't Barre Land (o.a. productie en dramaturgie) tot ze in 2005 bij uitgeverij De Bezige Bij debuteerde met een verhalenbundel. Sindsdien schrijft ze fictie en non-fictie (o.a. de rubriek VRIJ voor NRC), geeft ze schrijfonderwijs, werkt soms als dramaturg in het theater en maakt literaire programma’s rondom het genre van het korte verhaal. Sinds 2020 maakt ze deel uit van Fixdit, initiatief voor meer diversiteit in de letteren en het literaire veld.
Korte verhalen en romans
In 2005 debuteerde Van Hassel met de verhalenbundel IJsregen. Deze werd geprezen om de heldere, poëtische stijl, de onderhuidse spanning en de scherpe observaties en genomineerd voor de Vrouw en Kultuur debuut prijs en voor de Selexyz debutantenprijs. In 2007 verscheen haar tweede verhalenbundel Witte veder (longlist Gouden Uil, nominatie Halewijnprijs en Novel Award). Voor haar eerste twee bundels won Van Hassel in 2008 de BNG Nieuwe Literatuurprijs. In 2010 verscheen bij De Bezige Bij haar roman Nest, die eveneens goed werd ontvangen. In 2011 waren drie korte monologen van haar te horen in het Nederlandse paviljoen op de Biënnale van Venetië. In 2012 publiceerde Van Hassel naast een derde verhalenbundel Ezels, en samen met Annelies Verbeke de bloemlezing Naar de stad met recente internatinale korte verhalen. In 2014 won Van Hassel de Anna Blamanprijs voor haar gehele oeuvre. Intussen was ze voor het Financieele Dagblad verhalen bij foto’s gaan schrijven, wat uitmondde in de bundel Hier blijf ik (2014), die bestaat uit 45 zeer korte verhalen geïnspireerd door fotografie van stadsexpositie De Kracht van Rotterdam. De stad Rotterdam speelt ook een belangrijke rol in haar tweede roman Stille grond (2017) en in haar veelgeprezen laatste verhalenbundels Nederzettingen (2019) en Milde klachten (2024).
Non fictie
Naast fictie ontwikkelde ze zich r in het schrijven van non-fictie. Over de moeizame wederopbouw van de Bosnische hoofdstad Sarajevo schreef ze 'Snippers Sarajevo' (in: Tirade, 2006). In 2016 schreef ze ‘Duizend tongen’, voor de eenmalige uitgave Stadsverhalen, over taal in Rotterdam. Met fotograaf Carel van Hees maakte ze Check-in Check-uit Rotterdams Openbaar vervoersbedrijf RET (2016). Met hem werkte ze ook aan een boek over de Rotterdamse Volksuniversiteit: Wat maakt u van het leven? 100 Jaar Rotterdamse Volksuniversiteit (2017). In opdracht van Roterodamum, het Historisch Genootschap van de stad, schreef zehet historische essay Lessen van Vreewijk (2020) over haar grootouders die in Tuindorp Vreewijk woonden, de ideeën achter deze groene wijk in Rotterdam Zuid en de rol van het Zuidervolkshuis bij de ontwikkeling ervan. Zeven jaar schreef Van Hassel tweewekelijks de rubriek VRIJ in NRC Handelsblad over vrijetijdsbesteding in Nederland gevolgd door de rubriek Ik doe iets goeds. De beste verhalen van Vrij bundelde ze met fotograaf Folkert Koelewijn in VRIJ Wat Nederlanders doen als ze niet werken (Flowerdales, 2022).
Theaterprojecten
Sanneke van Hassel (Rotterdam, 1971) studeerde Theaterwetenschap en Cultuurgeschiedenis aan de Universiteit Utrecht. Vervolgens werkte ze voor toneelgezelschap 't Barre Land (o.a. productie en dramaturgie) tot ze in 2005 bij uitgeverij De Bezige Bij debuteerde met een verhalenbundel. Sindsdien schrijft ze fictie en non-fictie (o.a. de rubriek VRIJ voor NRC), geeft ze schrijfonderwijs, werkt soms als dramaturg in het theater en maakt literaire programma’s rondom het genre van het korte verhaal. Sinds 2020 maakt ze deel uit van Fixdit, initiatief voor meer diversiteit in de letteren en het literaire veld.
Korte verhalen en romans
In 2005 debuteerde Van Hassel met de verhalenbundel IJsregen. Deze werd geprezen om de heldere, poëtische stijl, de onderhuidse spanning en de scherpe observaties en genomineerd voor de Vrouw en Kultuur debuut prijs en voor de Selexyz debutantenprijs. In 2007 verscheen haar tweede verhalenbundel Witte veder (longlist Gouden Uil, nominatie Halewijnprijs en Novel Award). Voor haar eerste twee bundels won Van Hassel in 2008 de BNG Nieuwe Literatuurprijs. In 2010 verscheen bij De Bezige Bij haar roman Nest, die eveneens goed werd ontvangen. In 2011 waren drie korte monologen van haar te horen in het Nederlandse paviljoen op de Biënnale van Venetië. In 2012 publiceerde Van Hassel naast een derde verhalenbundel Ezels, en samen met Annelies Verbeke de bloemlezing Naar de stad met recente internatinale korte verhalen. In 2014 won Van Hassel de Anna Blamanprijs voor haar gehele oeuvre. Intussen was ze voor het Financieele Dagblad verhalen bij foto’s gaan schrijven, wat uitmondde in de bundel Hier blijf ik (2014), die bestaat uit 45 zeer korte verhalen geïnspireerd door fotografie van stadsexpositie De Kracht van Rotterdam. De stad Rotterdam speelt ook een belangrijke rol in haar tweede roman Stille grond (2017) en in haar veelgeprezen laatste verhalenbundels Nederzettingen (2019) en Milde klachten (2024).
Non fictie
Naast fictie ontwikkelde ze zich r in het schrijven van non-fictie. Over de moeizame wederopbouw van de Bosnische hoofdstad Sarajevo schreef ze 'Snippers Sarajevo' (in: Tirade, 2006). In 2016 schreef ze ‘Duizend tongen’, voor de eenmalige uitgave Stadsverhalen, over taal in Rotterdam. Met fotograaf Carel van Hees maakte ze Check-in Check-uit Rotterdams Openbaar vervoersbedrijf RET (2016). Met hem werkte ze ook aan een boek over de Rotterdamse Volksuniversiteit: Wat maakt u van het leven? 100 Jaar Rotterdamse Volksuniversiteit (2017). In opdracht van Roterodamum, het Historisch Genootschap van de stad, schreef zehet historische essay Lessen van Vreewijk (2020) over haar grootouders die in Tuindorp Vreewijk woonden, de ideeën achter deze groene wijk in Rotterdam Zuid en de rol van het Zuidervolkshuis bij de ontwikkeling ervan. Zeven jaar schreef Van Hassel tweewekelijks de rubriek VRIJ in NRC Handelsblad over vrijetijdsbesteding in Nederland gevolgd door de rubriek Ik doe iets goeds. De beste verhalen van Vrij bundelde ze met fotograaf Folkert Koelewijn in VRIJ Wat Nederlanders doen als ze niet werken (Flowerdales, 2022).
Theaterprojecten
Van Hassel werkte als dramaturg aan locatievoorstellingen in Groningse landschap met decorontwerper/regisseur Michiel Johannes Jansen. In 2017 werkte ze met actrice Anouk Driessen aan een editie van Amy Sharrocks (beeldend kunstenaar, Londen) aan Museum of Water in het Gemaal op Zuid (bij Theater Rotterdam). In 2018 maakte ze met Domestica Rotterdam Hans!, een muzikaal verhaal over vriendschap en verbondenheid in tijden van ziekte. Met schrijver Raoul de Jong schreef ze voor Theater Rotterdam de voorleesvoorstelling In Suriname (2019 en 2021) tjokvol fragmenten uit de Surinaamse literatuur.
Schrijfonderwijs
Naast het schrijven geeft Van Hassel sinds 2014 schrijfles op Rotterdamse middelbare scholen. Ze was initiatiefnemer van het programma Kort Rotterdams waarvoor Rotterdamse schrijvers workshops verhalen schrijven geven en intensief met leerlingen samenwerken. Ze gaf workshops over korte verhalenschrijven bij het Groningse Noordwoord. Ook geeft ze af en toe les op de Schrijversvakschool Amsterdam (korte verhalen schrijven en Leeslabs) en begeleidt daar studenten die in hun laatste jaar zitten.
Programma’s rondom korte verhalen
Van Hassel is pleitbezorger van het genre van het korte verhaal. Zo organiseerde zij in 2010 in De Balie in Amsterdam Hotel van Hassel, een weekend over het hedendaagse korte verhaal met schrijvers uit heel Europa. Later maakte zij voor de Stichting Literaire Activiteiten Amsterdam avonden rondom het korte verhaal met o.a. Lydia Davis (VS). Voor het Rotterdamse festival Woordnacht en voor het Rotterdams Boekenbal (2020) maakte ze een aantal keer een programma met korte verhalen met schrijvers als K. Schippers, Thomas Heerma van Voss, Jamal Ouariachi en Marente de Moor. Met Annelies Verbeke maakte ze de omvangrijke internationale bloemlezing Naar de stad (2012, De Geus).
Fixditnu: schrijverscollectief voor meer diversiteit in het literaire veld
Sanneke van Hassel is sinds 2020 lid van Fixdit, een schrijvercollectief dat zich inzet voor meer diversiteit in de canon en het literaire veld via diverse acties, opiniestukken en activiteiten. Lid zijn o.a. Jannah Loontjens, Manon Uphoff en Annelies Verbeke. Voor Fixdit schreef ze mee aan het manifest Optimistische woede, fix het seksisme in de literatuur. Ook droeg ze bij aan podcasts over Mary Dorna en Marga Minco. Meer info www.fixdit.nu
'Sanneke schrijft over ons en de wereld die verandert waar we bij staan.' Rob van Essen
Lees >